top of page

Leerachterstand of leerstofachterstand?

De twee begrippen in de titel zijn geen synoniemen: leerstofachterstand gaat over onderwijsaanbod (er is achterstand in het aanbieden van leerstof), leerachterstand gaat over de ontwikkeling van leerlingen (en dus over de effecten van onderwijs).



Bij de selectie en behandeling van leerstof laat de meerderheid van de leraren in Vlaanderen zich in de dagelijkse klaspraktijk leiden door handboeken. Uitgeverijen getroosten zich veel moeite om ervoor te zorgen en aan te tonen dat hun handboeken conform het leerplan en de eindtermen zijn. Dat biedt schoolteams zekerheid, maar tegelijkertijd kan daardoor de indruk ontstaan dat het schrappen van zelfs één klein onderdeel van het aanbod in een handboek die conformiteit bedreigt. Nochtans is kritisch en overdacht omgaan met handboeken door leraren sowieso aangewezen, want handboeken zijn contextonafhankelijk. Bovendien zijn de meeste handboeken overladen. Ze bevatten te veel leerstof. ‘Het handboek afgewerkt krijgen’ en ‘alle leerstof in het handboek zien’ vormen voor de meeste leraren dan ook stevige uitdagingen.


De coronacrisis biedt leraren een (excusez le mot) natuurlijke aanleiding om kritisch en overdacht met al die leerstof van het handboek om te gaan, om het kaf van het koren te scheiden, om de echt essentiële leerstof grondig te behandelen, en de banale trivialiteiten te laten vallen. Leerstofachterstand, of het gevaar daarop, leidt dus in het beste geval tot prioritering van onderwijsinhouden. Dat is een oefening die weloverwogen en bij voorkeur in team dient te worden uitgevoerd, want leren is een proces dat over diverse leerjaren doorloopt. In competenties en inhouden die een stevige impact hebben op het algehele onderwijspresteren van de leerlingen (begrijpend lezen bijvoorbeeld), en die dus curriculumbreed voor een vicieuze cirkel van oplopende leerachterstand kunnen zorgen, kan best niet gesnoeid worden, integendeel. Snoeien leidt in dat geval niet tot groeien.



Daarmee is de kous echter niet af. “Essentiële leerstof aan leerlingen geven” staat niet gelijk aan “alle leerlingen leren de essentiële leerstof”. Wie een leerstofonderdeel onderwijst aan 24 leerlingen, weet dat er grote verschillen zijn tussen wat die verschillende leerlingen daarvan begrepen, onthouden, geïntegreerd, geleerd hebben. Dat is onvermijdelijk. Zo zit leren in elkaar. Leren kan je helaas niet programmeren. Leerstof biedt dus aan leerkrachten stof tot nadenken over hoe leerlingen gedifferentieerd kunnen ondersteund worden om maximaal tot leren te komen. Observeren hoe leerlingen op de leerstof reageren, en vervolgens verschillende (groepen) leerlingen verschillend benaderen qua ondersteuning is hierin cruciaal.


Prioriteren van leerstof en differentiëren in de onderwijsaanpak zijn meer dan ooit aan de orde om leerachterstanden bij zoveel mogelijk leerlingen zo klein mogelijk te houden. Dat waren ze altijd al, maar een pandemie zet de zaken op heel scherp. Gewoon verder doen met het klassikaal aanbieden van al die leerstof in al die verschillende handboeken is in buitengewone tijden als de deze gewoonweg niet aangewezen.


Bron : duurzaamonderwijs.com , 2 februari 2021, schrijver Johan De Wilde

19 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page